De kleine pimpernel is een eerder zeldzame plantensoort. Het plantje noemt men ook soms bloedkruid of sorbenkruid. Van oorsprong komt kleine pimpernel uit het middelandse zeegebied maar heeft zich intussen over gans Europa en Noord Afrika laten opmerken. In het wild kan je de kleine pimpernel vooral vinden op meestal drogere kalkhoudende gronden in graslanden, in dijkgrashellingen en rivierduinen en kalkrijke duinen. Soms ook op spoorwegterreinen en mijnterrils. In Nederland komt de kleine pimpernel in het wild niet zo vaak voor en staat dan ook als kwetsbaar genoteerd op de Nederlandse rode lijst. Niet plukken dus als je het toevallig toch moest tegenkomen. Gelukkig kan je wel zaadjes van de kleine pimpernel kopen en dit mooie plantje een plekje in je tuin geven. Het plantje in je tiuin kan je dan wel gebruiken in je keuken.
Specificaties
Latijnse naam : Sanguisorba minor
Familie : Rozenfamilie (Rosaceae)
Hoogte : 50 tot 70 cm
Planttype : Vaste plant
Bloeiperiode : Mei, juni, juli
Bloemkleur : Rood
Je kan kleine pimpernel herkennen aan :
Stengels : De bloeistengels staan rechtop, zijn polvormend.
Bladeren : De geveerde bladeren zijn grijsgroen van kleur. De onderste bladeren hebben 9 tot zelfs 31 eivormige deelblaadjes, aan beide kanten vier tot acht spitse tanden. De bovenste blaadjes zeijn rond tot eivormig en 0.5 tot 2 cm groot.
Bloemen : De bolvormige bloemhoofdjes zijn 1 tot 2 cm. De bovenste bloemen zijn roodachtig van kleur, de bloemdekbladen zijn groenachtig en lopen vaak paarsrood aan. Elke bloem bevat tien tot dertig hangende meeldraden. Meeldraden zijn 3 tot 5 keer zo lang als de kelkbladen. De bovenste bloemen van de kleine pimpernel zijn vrouwelijk, de onderste mannelijk. De helmknoppen beginnen geel, maar worden later bruin.
Vruchten De vrucht is een eenzadige dopvrucht of nootje. De zaden zijn zeer kortlevend.
De latijnse benaming sanguisorba betekend bloedkruid, het is afgeleid van sanguis (bloed) en sorbere (slurpen). Deze naam komt uit de oudheid en houd verband met het feit dat de plant gebruikt werd als bloedstelpend middel. Volgens sommige anderen dachten de mensen vroeger dat het eten van deze plant door koeien, de melk bloederig zou kleuren. Waarschijnlijk vanwege de bloedrode kleur van de bloemen. Minor betekent kleiner. De Nederlandse benaming Pimpernel komt van het Latijnse piperinus (peperkorrels), naar de vorm van de vruchten. De kleine pimpernel is niet enkel een heel mooi plantje het is ook een waardevolle aanwinst in je kruidentuin. Kleine pimpernel is zo een van de typisch ouderwetse kruiden waar onze voorouders regelmatig beroep op deden om allerlei kwaaltjes te genezen. Het kruid bevat als actieve stoffen als saponine, looistoffen en flavon.
Kleine pimpernel houdt vooral van een zonnige standplaats, liefst op een kalkrijke, goed doorlaatbare grond. Logisch eigenlijk voor een plantje dat zijn oorsprong kent in het middelandse zeegebied. Toch doet de kleine pimpernel het ook goed in een kruidentuintje in onze streken. Je moet er wel voor zorgen dat de plant voldoende water krijgt in de zomer. In het wild kom je de kleine pimpernel niet zo vaak tegen in onze streken, in de rest van Europa dan weer wel. Het plantje is een overlever die elk jaar weer opduikt, toch laat je bloedkruid best niet te oud worden in je kruidentuin en vervang je deze regelmatig door een nieuw plantje. Na het bloeiseizoen kan je best de bloemstengels afknippen, dit bevorderd de groei van nieuwe blaadjes. Tegelijk krijg je ook een kwalitatief betere plant. De bladeren kan je in principe gangs het jaar oogsten maar je beperkt je best tot de periode maart tot september. Je kan de bladeren ook drogen maar dan boeten ze zwaar in aan kwaliteit.
Net zoals vele planten heeft ook de kleine pimpernel geneeskundige eigenschappen. Kleine pimpernel staat vooral beken omwille van zijn vochtafdrijvende en samentrekkende werking. Gebruik van kleine pimpernel zou goed zijn voor mensen met nier- en blaasproblemen. In de middeleeuwen stond de kleine pimpernel bekend omwille van zijn bloedstelpende eigenschappen. Een gezonde geest in een gezond lichaam, ook dat is wat deze kleine pimpernel voor jou in petto heeft. Kleine pimpernel heeft de reputatie een typisch kruid te zijn dat de geest en het verstand gaat stimuleren. Naar verluid gebruikten studenten vroeger pimpernel om zware studieperiodes door te komen. Je kan van gedroogde wortels een medicinale thee trekken. Thee van kleine pimpernel drijft vocht af en is het aangewezen middel bij alle blaas- en nierproblemen. Het helpt ook tegen gasvorming en werkt stimulerend voor de eetlust. Maag en darmen varen er dus goed bij. Het gezeefde afkooksel werkt ook bij diarree. Verder wordt kleine pimpernel ook in de homeopathie gebruikt in een tinctuur tegen heesheid en keelpijn.
Eettips kleine pimpernel
De blaadjes van de kleine pimpernel zijn het lekkerst als ze vers zijn. De fijngehakte blaadjes, smakend naar komkommer, passen perfect in een slaatje. De naar noten geurende blaadjes kan je ook verwerken in soepen, een sausje. Je kan ook een vers blaadje gebruiken zoals een muntblaadje, in een coctail of als decoratie in dessert. Ook heel lekker zijn heel fijngesnipperde blaadje strooien over net opgediende aardappels, asperges of over een vissaus. Je kan de bladjes ook drogen om ze te bewaren. Vermijd om de blaadjes mee te koken want dan verliezen ze hun lekkere kruidige smaak. Je kan de lange penwortel van kleine pimpernel drogen in een droogoven en er thee van trekken.
© Gymbo 2018
Pictures: Google
Eetbare planten : Barbarakruid
Eetbare planten : Biggenkruid, gewoon
Eetbare planten : Brandnetel, groot
Eetbare planten : Knopkruid, kaal
Eetbare planten : Pimpernel, kleine
Reacties (5)
deze onthou ik alvast
Dank voor de eettips