Het sprookje van Sinterklaas
Ik ben geen kind, geen vader, geen moeder, geen opa, geen oma.
Geboren in een tijd waarin je kon meegenomen worden naar Spanje in een jutezak. Ooit werd ik een keer buiten gezet omdat ik “stout”was geweest. Ik moest maar zien of zwarte Piet me kwam halen.
Toen ze even later kwamen kijken of ik al bang was, stond ik in handstand tegen de muur. Ik had geen zin om bang te zijn en af te wachten of iemand me in een zak kwam stoppen. Later vroeg een meisje uit mijn klas of ik nog in Sinterklaas geloofde. Ik had geen idee waar ze het over had maar antwoordde stoer: Nee. Zo kwam ik er geleidelijk aan achter dat die hele Sinterklaas en zwarte Piet verklede leraren waren en dat een hoop mensen tegen me gelogen had. Ik voelde me voor de gek gehouden en als ik ergens niet van hou (zoals waarschijnlijk heel veel mensen) is het wel daarvan.
Sinterklaas heeft ooit echt geleefd. Wanneer, waar en hoe precies, wat doet het er toe. Iedereen is het er wel over eens dat het een goede man was, die wat overhad voor anderen. Daar zal ook het idee zijn ontstaan zijn leven een beetje na te spelen omdat het goede idee van iets weg te geven en anderen blij te maken iedereen gelukkig maakt.
Het ideale sinterklaasfeest ziet er in mijn ogen zo uit:
Ken je de parade in Disneyland? Zo iets, een optocht van lachende, dansende, vriendelijke figuren: Sinterklaas, een paard, Pieten, muzikanten, dansers. Er worden handjes geschud, snoep uitgedeeld, selfies gemaakt. Kinderen blij, vaders, moeders blij. Opa en oma trots.
En hoe ziet die piet er dan uit? Wat doet het er toe voor die kinderen. Misschien net een tintje minder zwart als het jaar daar voor? En het jaar daarna nog een tintje minder? Misschien zelfs eentje met wat zwarte vegen uiteindelijk omdat dit een feestje, een sprookje is of omdat niemand zich beledigd hoeft te voelen. Kijk naar de sprookjesfiguren uit de Disneyland Parade en naar afbeeldingen van deze figuren van 50 jaar geleden. Deze zien er nu ook een beetje moderner uit dan toen.
Na de parade gaan de kindertjes, de vaders, de moeders naar huis. Opa en oma gaan ook mee. Lekker de haard aan, wat eten en drinken, gezellig. Een zak met mysterieuze pakjes staat klaar. Er wordt nog even nagepraat over die Sinterklaas die een handje kwam geven. De pieten die zo lenig waren. Het sprookje wordt nog eens verteld over de echte Sinterklaas, die ooit geleefd heeft als bisschop in een land hier ver ver vandaan. Die iedereen gelukkig wilde maken en cadeautjes weg gaf. Die op zijn sterfbed maar 1 wens had: dat zijn traditie zou worden voortgezet en dat ieder jaar alle kinderen overal ter wereld cadeautjes zouden krijgen waarvan iedereen blij zou worden. De opa’s en oma’s, de vaders, de moeders en natuurlijk de kinderen zelf.
Maar ja, wat weet ik er van? Ik ben geen kind, geen vader, geen moeder, geen opa, geen oma en ik houd er niet van voor de gek te worden gehouden.
Reacties (3)