Wat George Orwell in 1948 Big Brother noemde, kennen we nu onder verschillende benamingen: Google, Facebook, Instagram, Snapchat, drones, de belastingdienst en noem maar op. Sinds de opmars van de automatisering is de familie van de grote broer exponentieel uitgebreid, werkelijk bij de konijnen af. Databestanden worden aan elkaar geknoopt en enorme hoeveelheden informatie kunnen met een simpele druk op de knop tevoorschijn worden getoverd. En wat Orwell destijds nog niet in zijn stoutste dromen had kunnen bevroeden, is nu een opmerkelijk feit; niet alleen draait de informatiemachine op volle toeren, maar de mensen zelf zijn bereid grote hoeveelheden persoonlijke informatie aan te leveren. Enthousiast en zonder schroom worden profielen aangemaakt op sociale netwerken, laten we weten waar we zijn en met wie, plaatsen we persoonlijke foto’s op internet en liken we wat we leuk vinden. Alles wat we googlen, krijgen we niet lang na het intikken van de zoekopdracht weer voor onze voeten gegooid. Ga maar na, als je hebt gekeken wat een reisje naar Turkije kost, wordt je minimaal een week achtervolgd met advertenties naar deze reisbestemming. Toeval? Misschien dacht je de eerste keer dat het je opviel van wel, maar ondertussen zijn we er al zo aan gewend geraakt, dat het ons niet eens meer verwondert. Inmiddels is wel bekend dat cookies een spoor van kruimels achterlaten, die onze volledige zoekgeschiedenis verraadt, een moderne Hans en Grietje. Google en Facebook zijn de vogels die het kruim verschalken terwijl de consument verdwaalt in het technologische bos.
Daarnaast hebben we vrijwel allemaal een smartphone. Ook dit apparaat is een spionnetje, dat precies laat weten waar we ons bevinden, zelfs als we niet de moeite hebben genomen om in te checken en zelf te laten weten waar op deze aardkloot we ons op een specifiek moment bevinden. De smartphone kan ook foto’s en video’s maken. Dat betekent dat zelfs ons kleine landje al miljoenen journalisten bevat, die overal en nergens documenteren wat er allemaal om hun heen gebeurt. Tel daarbij de onzalige gewoonte op om met selfies onszelf een plaats te geven in de werkelijkheid en de ellende is compleet. Orwell zou zich waarschijnlijk omdraaien in zijn graf.
Alleen een kluizenaar die ver van de bewoonde wereld op een afgelegen plek zonder elektronica leeft maakt een bescheiden kans om onder de radar van de informatieverzamelaars door te vliegen. Sta je midden in het moderne leven en begeef je je onder de mensen, dan ben je gedoemd stukjes en beetjes van je privacy prijs te geven en de meesten van ons doen dit kennelijk met veel plezier en een niets ontziende eerlijkheid. Natuurlijk zijn de foto’s die we plaatsen geflatteerde versies van de werkelijkheid en dat geldt ook voor de informatie die we over onszelf delen. Ons imago staat immers op het spel of beter gezegd onze virtuele identiteit. En zo profiteert o.a. Facebook van onze naïeve openheid en bouwt gretig aan een superdatabase, Big Brother in het kwadraat.
Kunnen we hier iets aan doen of zijn we makke schapen die zich onder het juk van sociale druk naar de privacy slachtbank laten leiden? Moeten we dit gewoon accepteren als een ‘fact of life’, een onvermijdelijke schaduw van het verder zo comfortabele leven in het elektronische tijdperk? Of zijn er alternatieven?
Ja, die zijn er, alternatieven bedoel ik. Natuurlijk kunnen we het voorbeeld volgen van de hierbovengenoemde kluizenaar en ons terugtrekken uit het openbare leven. Minder dramatisch kan ook: we kunnen onze accounts op Facebook, Insta en Snap opzeggen en voortaan naar de bibliotheek fietsen als we meer over een bepaald onderwerp willen weten, een beetje zoals we vroeger deden, voordat het elektronische gemak de mens diende. Dat betekent overigens wel dat we met onze medemens in gesprek moeten als we op de hoogte willen blijven van het wel en wee van onze naasten. Daar zal ook niet iedereen op zitten te wachten.
Natuurlijk kunnen we ook op een andere manier terugslaan en gebruik maken van precies de middelen waarmee we worden geprofileerd. Wat als we bijvoorbeeld wat speelser omgaan met de waarheid? In ons virtuele leven zijn we immers niet gebonden aan de waarheid, de waarheid en niets dan de waarheid. Misschien nemen we het allemaal te serieus en zullen hooguit wat ‘vrienden’ van je enkele seconden in de war raken als ze op Facebook opeens lezen dat je plastische chirurgie leuk vindt. En dan als klap op de vuurpijl enkele maanden later je profielfoto vervangen door de foto van een bimbo die duidelijk een aantal cosmetische ingrepen heeft ondergaan.
Of stel je geboortedatum en leefomstandigheden elk jaar bij. Dus de ene keer ben je 16 jaar en gameverslaafd en een jaar later ben je al 15 jaar gelukkig getrouwd en werk je als receptioniste bij een bank. Weer een jaar later heb je de loterij gewonnen en ga je verhuizen naar Monaco of een reis om de wereld maken in je nieuwe jacht of zeg je je managementbaan op om je in te zetten voor het welzijn van dieren. De mogelijkheden zijn eindeloos.
Je kunt het natuurlijk ook klein houden en bijvoorbeeld ‘Olvarit babyvoeding’ liken. De associaties zullen niet van de lucht zijn. Is er een kleintje geboren en zo ja, is hier dan sprake van een kind of een kleinkind? Of lepel je zelf graag tussendoor een potje leeg?
Nonnie likes plastische chirurgie
In je eentje zet dit misschien geen zoden aan de dijk, maar als we massaal aan het fucken slaan, zal de Big Brotherdatabase wel grondig van de leg raken. En als we het echt heel goed doen met z’n allen, zal Facebook uiteindelijk wel begrijpen dat de database niks meer waard is en ophouden al die details uit ons persoonlijk leven te bewaren voor commercieel misbruik. RIP Big Brother Facebook. Een mens mag dromen, toch?
Meer Nonnie lezen?
http://www.nonniegelezen.nl
Reacties (32)
Heb wel FB, maar doe er niets mee ... maar hier zeg ik uiteraard geen nee tegen. -))
Welkom aan boord, ook al heb je dan geen FB.
Heb wel FB maar doe er niks mee ... maar dan uiteraard wel. -))
Het is natuurlijk maar een idee. Of je er wel of niet aan mee wil doen is helemaal aan jou.
Toch lijkt het me leuk om de boel eens een keer op te schudden door de cyberduiveltjes helemaal duizelig te maken.
Ik denk dat ik een zeiltocht om de wereld ga maken. Met alleen een ezel, een sprookjesprinses en een accountant als gezelschap.
Heerlijk, je bent een excellente facebookfucker. Welkom in mijn team.
Wel zin om mee te fucken?
Het is wel grappig om te lezen wat mensen allemaal doen om hun privacy te beschermen. Lijkt me overigens een heel gezond uitgangspunt.
Mijn surfgedrag wordt nauwelijks meer bijgehouden sinds ik om te beginnen de PrivDog deleted heb, en Google kan ook niks van mij bakken: daarvoor zijn mijn zoekacties te divers. 90% daarvan is toch Wikixxxxx. Ik heb geen bonuskaarten van welke winkel dan ook....
Op basis van deze informatie neem ik aan dat ik je niet kan verleiden tot een facebookfuck?